
Niet iedereen heeft groene vingers, heel begrijpelijk. Maar onder degenen die dat wel hebben en wat ruimte overhebben, tref je ook regelmatig een compostbak. En wat je dan vaak hoort zijn allerlei regels die men erbij heeft. ‘Sinaasappelschillen, daar moet je niet al teveel van in doen hoor, da’s te zuur’ en theezakjes? Nee, dat verteert niet goed met al die touwtjes’. Etensresten van gekookt voedsel, vlees en vis zijn al helemaal uit den boze, ‘daar komen ratten op af!’ Ik lach daar tegenwoordig om. Als je samen met mest composteert kan er opeens heel veel meer! Sinaasappelschillen vormen geen enkel probleem, een pak bedorven melk of yoghurt, hoppakee, keren we zo om. Zelfs een litertje gebruikte frituurolie gaat met een grote glimlach onze bak ik. Er is alleen een ding waar je wel op moet letten en dat is afdekken! Bij alles wat je toevoegt aan een compostbak waar ook mest bij komt kijken, gaat niets erop maar enkel er ín. En dan afdekken die handel, met stro, kruiden en degelijke. Ratten hebben er dan geen belangstelling meer voor. Temeer omdat een compostbak met mest, in tegenstelling tot een bak zonder, goed warm wordt. Bij ons zijn temperaturen van rond de zestig graden geen uitzondering. Het verteringsproces verloopt als een dolle, vele malen sneller dan zonder mest. Al die voedselresten zijn van schil, aardappelstamppot of karbonade in korte tijd omgevormd tot nauwelijks meer te definiëren delen waar geen rat meer belangstelling voor heeft. Het is bijna magisch te noemen als je ziet hoe de natuur de boel weet op te stoken. Miljarden bacteriën bouwen een verhit feestje binnenin. Ik word daar heel blij van. Blijft voor jou misschien nog de vraag over waar je mest vandaan moet halen. Hmm, moeilijk? Nou, het is dichterbij dan je denkt!